"Zakelijk" Thematische woordenschat Braziliaans-Portugees

63 woorden

O funcionário

O funcionário

de werknemer

1 / 63

O funcionário
de werknemer
O empregador
de werkgever
A marca
het merk
A conferência
de conferentie
O imposto
de belasting
O cartão de negócios
het visitekaartje
O lucro
de winst
O investimento
de investering
O projeto
het project
O cliente
de klant
A carreira
de carrière
O salário
het salaris
A estratégia
de strategie
A renda
het inkomen
O orçamento
het budget
A parceria
de vennootschap
O ambiente de trabalho
de werkplaats
O trabalho de meio período
het parttime werk
A empresa
het bedrijf
O chefe
de baas
A sede
het hoofdkantoor
A propaganda
de advertentie
A pasta
het koffertje
O fundador
de oprichter
O cheque
de cheque
A dívida
de schuld
O pagamento
de betaling
A falência
het faillissement
A assinatura
de handtekening
A hora extra
het overwerk
O empréstimo
de lening
O mentor
de mentor
O logotipo
het logo
O currículo
het CV
O produto
het product
O plano
het plan
O documento
het document
O crédito
het krediet
O marketing
de marketing
O acordo
de deal
O dinheiro
het contant geld
A qualificação
de kwalificatie
A organização
de organisatie
O encontro
de vergadering
A hierarquia
de hiërarchie
Os comentários
de terugkoppeling
O risco
het risico
A produção
de productie
A eficiência
de efficiëntie
O escritório
het kantoor
A entrevista
het sollicitatiegesprek
O desempenho
het optreden
O custo
de kosten
O contrato
het contract
O comércio
de handel
O preço
de prijs
O seguro
de verzekering
A aposentadoria
het pensioen
O pessoal
het personeel
A profissão
het beroep
desemprego
de werkeloosheid
O homem de negócios
de zakenman
O colega
de collega

Andere woordenlijsten in het Braziliaans-Portugees

Alle Braziliaans Portugese vocabulaire

Tobo app downloaden om Braziliaans Portugese woorden te leren

Leer de meest gebruikte Braziliaans Portugese woordjes met flashcards (woordkaarten)